Het was lang wachten op het nieuwe boek van Robert Vuijsje en ik liep er toch nog onverwacht tegenaan. Dat is ‘t fijne van boekwinkels! De zeventienjarige zoon uit een interraciaal huwelijk tussen een Joodse man en Surinaamse vrouw identificeert zich met zijn Surinaamse afkomst en niet zijn Joodse. Tegen de achtergrond van de betere wijk Amsterdam-Zuid wordt het huwelijk van de ouders geschetst. De obsessie van de vader met racisme en zijn frustratie dat hij als Jood niet ‘bij het team’ hoort. De moeder die zich er niet veel van aantrekt omdat ze het haar hele leven al meemaakt. Maar alles escaleert als haar zoon opgepakt wordt omdat hij een Joods meisje zou hebben verkracht. Misschien is het boek niet zo sterk als Alleen maar nette mensen, maar wel weer een mooi boek dat racisme adresseert en tegelijkertijd de excessen bespot.