Celébration Picasso, la collection prend des couleurs. Musée Picasso, Parijs, Frankrijk

It is fifty years since Pablo Picasso died, on 8 April 1973 at Notre-Dame-de-Vie, his home in Mougins. The body of work that he left behind had a profound impact on the entire 20th century.

For this anniversary year, the Musée National Picasso-Paris has invited the British designer Sir Paul Smith, known for his work with colour, tailoring and unexpected details, to lead the artistic direction of an exceptional exhibition showcasing the museum’s collection.

This exhibition created in collaboration with Sir Paul Smith is curated around masterpieces from the collection. The designer’s unique approach to the works invites the public to view them through a contemporary lens and underlines the continuing relevance of Picasso’s work in today’s world. The visions of these two artists sometimes converge, for example around their shared love of objects, dress and playfulness, thus leading to comparisons and a spectacular, highly inventive approach to the presentation of the works.

Also on show throughout the exhibition are works by contemporary international artists. In their shared desire to open up new interpretations to Picasso’s work, Guillermo Kuitca, Obi Okigbo, Mickalene Thomas and Chéri Samba interrogate his image and putting their own slant on some of his artistic innovations.

Kees van Dongen. Singer, Laren

Van Dongen is een van de meest bekende kunstenaars van de twintigste eeuw, samen met grootheden als Matisse, Braque en Picasso. Hij was enorm ambitieus. In de tentoonstelling krijgt u een compleet beeld van de kennis en kunde van deze publiekslieveling van Singer Laren. U wordt stap voor stap meegenomen op de weg die Van Dongen aflegt richting succes.

Collectie. Emil Schumacher Museum – Hagen, Duitsland

Bij een bezoek aan het Osthaus Museum Hagen ontdekte ik dat in hetzelfde gebouw aan de overkant van de hal het Emil Schumacher Museum gevestigd is. Na een wat vage ruimte waar gebruiksartikelen gecombineerd werden met Schumacher’s werken, kwam ik in een zaal waar ik erg enthousiast van werd, namelijk met werken uit respectievelijk Tunesië, Egypte en Marokko. En die waren verrassend mooi. Eenvoudig en sereen. Een mooie toevallige vondst dus!

Collectie. Osthaus Museum Hagen – Hagen, Duitsland

Het Osthaus Museum staat al minstens 5 jaar op mijn to-do-lijstje maar nog met de vermelding dat het museum in 2019 verwachtte oopnieuw open te gaan. Veel te lang dus. De belangrijkste reden dat het museum op dat lijstje stond, is het feit dat ze een aantal Von Jawlensky’s in de collectie hebben. En die werken (een stuk of zes) stellen niet teleur, zoals dit schitterende portret. Maar ook een aantal werken zoals eerder in het Gemeentemuseum Den Haag te zien waren of in ieder geval soortgelijke, zijn Meditaties, die abstracter van aard zijn. Een aanrader dus!

Jan Cremer. Noordwaarts 2010-2020 – Museum Jan, Amstelveen

Onverwacht bleek er bij Museum Jan ook een expo te zijn van werken van Jan Cremer. De onstuimige, reliëfrijke werken van Cremer verbeelden vooral de zee: woeste golven met schuimkragen, indrukwekkend en soms zelfs angstaanjagend wild. Hier en daar worden de werken verbonden met fotografie uit de jaren dat Cremer op de grote vaart werkte en waarbij hij met name tochten naar het noorden ondernam (hence the name). Hoewel de werken enigszins monotoon worden als er zoveel soortgelijke naast elkaar hangen, was ik toch positief verrast de expo te zien. Heel wat anders natuurlijk dan Lichtenstein, waar ik voor kwam, maar een mooie aanvulling.

Do not touch, caress! Jaume Plensa – Museum Beelden aan Zee, Scheveningen

Schitterende sculpturen van Jaume Plensa staan binnen en buiten het Museum Beelden aan Zee in Scheveningen. De afgelopen jaren heb ik al een flink aantal werken van Plensa gezien: van een sculptuur in Yerevan, Armenië die ik pas later, op foto’s, herkende als een Plensa, tot een waanzinnig indrukwekkend beeld in de haven van Antibes. Maar ook de ‘straatverlichting’ in het hart van Nice. Nieuw zijn de werken dus niet voor me. Maar in het grauwe weer van deze septemberochtend hebben ze weer een andere dimensie. De stalen beelden voor het museum met hun snijlijnen, de albaster-witte hoofden, het getinkel van de letters in de opengewerkte sculpturen in de binnentuin en niet te vergeten de warm verlichte gezichten in de hoofdzaal. Een schitterend geheel. Een leuke bijkomstigheid was ook de expositie van Kees Gubbels, waarvan ik tot op heden alleen werken had gezien bij ArtZuid en in het Kröller-Muller.

Calder / Picasso – Musée Picasso, Parijs, Frankrijk

De expositie van Calder – Picasso stond na de Islamic Art Department van het Louvre bovenaan mijn verlanglijstje van exposities voor deze trip naar Parijs. En wat was het de moeite waard. Op fraaie wijze, soms onnavolgbaar dat wel, worden stukken uit de collectie van Picasso ontsloten door ze te koppelen aan werken van Alexander Calder. Maar ook van Calder krijg ik een volledig andere kant te zien dan de mobiles die ik voornamelijk van hem ken. Ultrafijne figuratieve draadinstallaties bijvoorbeeld, of sculpturen van menselijke figuren. Een expositie waar ik bijzonder blij van werd!

Alberto Giacometti. Narrating the Body – Fondation Giacometti, Parijs, Frankrijk

Dit jaar liep ik de expositie van Giacometti mis in Museum de Fundatie in Zwolle. De kans om deze expo dunnetjes over te doen is er met de Fondation Giacometti in Parijs. In het Institut Giacometti exposeren zij werken van Alberto Giacometti in een schitterend bewaard gebleven oud pand met veel authentieke elementen. In de kelder, waar ook de entree is, zie je de opzet van zijn atelier. Op de verdieping staat een verzameling van zijn werken die in de geornamenteerde omgeving extra schraal, mager zo je wilt, afsteken. Een schitterende combinatie!

Kunstpalast – Düsseldorf, Duitsland

Al jaren staat de vaste collectie van het Kunstpalast in Düsseldorf op mijn to-do-lijstje en eindelijk komt het ervan. Het is een fijne wandeling vanaf het K20 museum langs de Rijnoever naar het museum, met statige gebouwen waar je ook kijkt. Het Kunstpalast is enorm groot. De tijdelijke exposities sla ik over. De vaste collectie begint goed, met de expressionisten zoals Kandinsky, Nolde, Feininger, Kirchner, Schmidt-Rottluff en Pechstein. Ik kom er voor mij nieuwe kunstenaars tegen als Heinrich Hoerle en Yury Kharchenko (zie foto). Verrassend zijn ook een paar kamers met Islamitische kunst en Japanse kunst. En na een sprintje getrokken te hebben door 11e t/m 17e eeuwse kunst is er aan het einde de moderne kunst, waarvan Nam June Paik wel de opvallendste kunstenaar is. De moeite waard dus, deze vaste collectie, zelfs als je de zalen met 11e t/m 17e eeuwse kunst overslaat.

Paul Klee. Eine Sammlung auf Reisen im K20, K20 Kunstsammlung Nordrhein-Westfalen – Düsseldorf, Duitsland

Net voor ik naar Napels vertrek, zie ik een expositie van Paul Klee in het K20 die ik volkomen over het hoofd gezien heb de afgelopen maanden. En de expositie is de reis naar Düsseldorf meer dan waard. Ik zie veel nieuwe werken, in vormen die ik tot dusver niet van Paul Klee gezien heb. Verrassend en nieuw. En ook indrukwekkend om te zien dat de expositie de laatste jaren de hele wereld over gereisd is. Met 88 werken, waaronder veel grafische, bestrijkt de expositie één ruime zaal. De rest van het museum, op een zaal met enorme werken van Amerikaanse abstracte kunstenaars na, is gesloten. Maar ook bij de Amerikanen is genoeg moois te zien. Want wat de samenstelling van werken ook is, het K20 heeft meer dan genoeg moois in huis.

Museo di Capodimonte – Napels, Italië

Het Museo Capodimonte is enorm en ligt in een goed onderhouden park ten noorden van het stadscentrum, op een mooie zonnige dag als deze een fijn uitje. Ik kies ervoor in het museum alleen de modernere kunst te bekijken, omdat de eerdere eeuwen mij niet aantrekken. Maar wat natuurlijk niet te missen is, is de Flagellazione di Cristo van Caravaggio, het pronkstuk van het museum. En één van de weinige stukken in zijn soort waar geen mollig, bloot Jezusje op staat. De bovenste verdiepingen bieden vrijwel allemaal enkele werken: Louise Bourgeois (een hand en een vrouwengezicht op stelen), een vrouwenprofiel van Umberto Manzo, een werk van Sergio Fermariello dat eruit ziet als een groot grijs vlak maar van dichtbij uit ontelbare kriebeltjes bestaat en niet te missen: Vesuvius van Andy Warhol.

Kunsthalle Bremen – Bremen, Duitsland

Als er één museum in Bremen een aanrader is, dan is het wel de Kunsthalle. Aan de kop van de wijs Ostertor ligt dit indrukwekkende museum met al mijn usual suspects en meer: van Alechinsky tot Lovis Corinth, van Rodin tot Kirchner, van Bonnard tot Pisarro. In de hal hangt een enorm werk, muren groot, van Sarah Morris, die ook de muren bij het K21 in Düsseldorf maakte. En een paar kleine Alechinsky’s, een lichtsculptuur van James Turrell. Maar ook hangen er een paar Vasarely’s, een kunstenaar met wiens werk ik in 2011 voor het eerst kennis maakte in het Cafesjian Museum of Art in Yeravan (Armenië). Dat laatste was sowieso een geweldig museum: als je alleen al kijkt naar de sculpturen voor de deur: een dikke kat van Botero voor de deur, en traplopende personen van Lynn Chadwick, maar ook zag ik voor het eerst een sculptuur van een zittende man van Jaume Plensa. Maar goed, de Kunsthalle in Bremen is fantastisch en maakte in ieder geval mij helemaal happy. Het mooist was wel een stilleven van Jawlensky.

Hamburger Bahnhof. Museum für Gegenwart – Berlijn, Duitsland

Het nadeel van hoge verwachtingen is dat ze zelden worden waargemaakt. Waar ik 10 jaar geleden een waar indrukwekkende ervaring had bij het Hamburger Bahnhof Museum, bestond de spanning en sensatie er nu vooral uit dat ik, om er te komen, onder beukende muziek en rook langs een stroom anti-AfD-demonstranten en tientallen politiebussen moest. Het museum zelf verraste alleen in de eerste zaal. Met een flink aantal werken van Warhol, waaronder de grote Mao en een Robert Rauschenberger, werd de toon gezet. Althans, dat dacht ik want in het verdere museum was er niet veel waar ik warm voor liep. En da’s best knap, gezien de grootte van het museum en het aantal werken dat er hangt. Natuurlijk, ik was tevreden met een Pollock, een Kahlo, een Nolde in Tahiti-sferen, net als de Gaugain, een Pechstein en een surrealistische Rothko. Of een Walter Dahn, een artiest die ik niet eerder tegenkwam. Een grappige samenloop van omstandigheden was wel de expositie van Indiase kunst, met bijvoorbeeld een luchtig lijnenwerk van Laxman Pai (zie afbeelding), terwijl ik net een crimeboek lees waarin de Indiase kunstwereld de hoofdrol speelt. Verder is er een vleugel waarin allerlei sculpturen staan, een nogal kubistisch aandoende Louise Bourgeois die in de verste verte geen relatie heeft met haar overbekende Maman, maar ook Dubuffet en Moore. Fraai, dat wel. Maar overall waren mijn verwachtingen voor dit museum te hoog gespannen!

Tate Modern (permanente collectie) – Londen, Engeland

De musea in London zijn absurd duur, dus hou ik me wijselijk bij de gratis exposities. En zo kom ik terug in het Tate Modern. De Picasso expositie a 28 pond sla ik over en ik dool rond door de uitgebreide permanente collectie. En de collectie is indrukwekkend: van Modigliani tot aan een hele zaal vol Rothko’s, maar ook Klee, Dubuffet, Bourgeois, Germaine Richier (waar ik voor ‘t eerst werken van zag bij ‘t Picasso Museum in Antibes), Appel, Richter, Kapoor en heel veel anderen. Ik kijk mijn ogen uit en neem zoveel moois op dat ik de expo van Picasso niet eens ‘mis’. Een aanrader! En als je er dan toch bent, er vaart een boot tussen Tate Modern en Tate Britain. Ik neem ‘m dit keer niet maar ‘t is een leuk intermezzo tussen beide musea in.

Permanente collectie – Centre Pompidou, Parijs

Als ik langs de lange rij weet te glippen door ter plekke nog een e-ticket te boeken, sta ik in het Centre Pompidou om me heen te kijken. Ik kan me niet herinneren hier eerder binnen te zijn geweest. Ondanks een expo van César begin ik met de hedendaagse kust op de vierde verdieping en de moderne kunst op de vijfde verdieping van Gallery 1. Op de vierde verdieping vind ik niet veel werken die me aanspreken, ondanks de ontelbare werken die er hangen. Met uitzondering van een Jean Michel Basquiat, daar word ik altijd blij van. Maar ook een van de naargeestige Niki de St Phalle werken en een paar Yes Klein’s. De vijfde verdieping daarentegen is één en al blije verrassing: niet alleen vind ik er Le Jardin d’Hiver van Dubuffet, Carl Andre, Judd, Jeff Wall, Matisse, Modigliani, Picasso, Pollock en meerdere Calders, ik vind er ook een bijzonder mooie Rothko, vier Klee’s, een bloederige Yayoi Kusama en een schietschilderij van Niki de St Phalle. Maar dat is nog niet eens alles.
Ook ontdek ik er mooie Sonia Delaunay’s, de voor mij nieuwe Jean Fautrier, een mooi werk van Capogrossi en meerdere van Dongen’s. Na deze twee immense verdiepingen vol mooie kunst (en al twee musea eerder op de dag) zit ik zo vol met indrukken dat ik de expo van César moet overslaan. Wat een succes, dit impromptu ingevoegde museumbezoek!

Fondation Louis Vuitton, Parijs

Alleen al voor het door Frank Gehry ontworpen gebouw, met indrukwekkend gebogen daken als een soort pantser over het gebouw heen, zou je naar Fondation Louis Vuitton gaan. Met een elektrische navette kun je vanaf de Arc de Triomph voor 2 euro retour naar het museum. De collectie omvat bijna alle usual suspects waaronder veel van mijn favorieten, en toch had ik er meer van verwacht. En dat is gek want er zijn werken van o.a.: Cézanne, Kirchner, Klimt, Matisse, Calder, Pollock, Lichtenstein, Johns, Warhol, LeWitt, Rothko, Jeff Wall, Carl André en nog veel meer. Positief verrast was ik door het aantreffen van een fallussenstoel van Yayoi Kusama. Maar ook Brushstrokes cut into 49 squares van Ellsworth Kelly. En ik zie voor het eerst in het echt een Frida Kahlo. Het is dan misschien niet het beste museum van de stad, de combinatie van schitterend gebouw en fraaie collectie maken het een must op je to-do-lijstje voor Parijs.