100 tricks to appear smart in meetings – Sarah Cooper (2016)

De boeken van Sarah Cooper richten zich op humoristische en overtrokken wijze op hoe je je handhaaft in een zakelijke omgeving. Overtrokken zijn ze zeker, dus de inleiding kun je wat mij betreft beter skippen want superirritant. Maar uit de tips and tricks die ze geeft, destilleer je ondanks de humoristisch-kritische insteek toch een aantal principes waar je best wat aan kunt hebben.

Finlay Donovan is killing it – Elle Cosimano

Ik had hoge verwachtingen van dit boek. En hoewel de verhaallijn niet onaardig is, had ik moeite het boek uit te lezen. De stupiditeit van Finlay Donovan om telkens contact te houden of op te zoeken met de twee mannen die haar leven met haar kinderen op het spel kunnen zetten, vreselijk. Of de ‘perfecte’ Vero, die overal de slack van Finlay oppakt alsof ze superwoman is. En leuk, een boekdeal, maar als de realiteit het verhaal dat je schrijft inhaalt, gaat je goeie boekdeal dan nog door. Te veel losse eindjes voor mij. En net geen vlees of vis: niet echt spannend, niet echt humoristisch en het romantische komt ook niet echt van de grond. Boek twee of drie ga ik dan ook niet lezen.

Fortune and Glory – Janet Evanovich (2020)

Hij is nog maar net uit, maar Evanovich’s Stephanie Plum reeks staat altijd garant voor lekker simpel vermaak, dus heb ik het boek maar meteen uitgelezen. De verhalen zijn meestal te fantasievol om maar enigszins waar te kunnen zijn en de moeite met kiezen tussen twee mannen wordt wel heel simpel opgelost door de ene relatie even op pauze te zetten, maar dat mag de pret niet drukken.

Je kunt het ook nooit goed doen – Carmen Felix (2019)

Vlot geschreven grappig, cynisch, onderzoekend boek over de dilemma’s van deze tijd: groen leven, singleschaamte, vliegschaamte, druk, druk, druk en meer. Carmen Felix kadert het af ‘voor dertigers’ maar ze blijven herkenbaar, ook als je niet tussen de 33 en 39 bent, zoals zij schrijft. En een enkel hoofdstuk is een eye-opener. Of eigenlijk: iets dat je al wist maar waar het besef nog even van moest landen. Leuk dus, al merk ik dat de ‘vlotte manier’ van schrijven, niet helemaal mijn ding is. Maar dat komt vast omdat ik een paar jaartjes ouder ben, haha.

Twisted Twenty-Six – Janet Evanovich (2019)

Hoogstandjes zoals in het begin van deze reeks, levert Evanovich niet meer. Alles is per slot van rekening al eens bedacht en geschreven maar toch blijft de serie vermakelijk en lees ik de boeken over de niet-erg-vaardige bountyhunter en haar sidekick Lula graag. En in dit boek gaat het werk haar eens gemakkelijk af maar is het haar privéleven (nee, niet haar liefdesleven) die het haar moeilijk maakt.

Gekke wijven – Sylvia Witteman (2014)

In het Lindaboek Gekke wijven van Sylvia Witteman gaat het dadwerkelijk alleen maar over ‘gekke wijven’. Het is teveel van het goede, zo bijeen gebracht en dit vind ik dan ook het minst leuke boek uit de lange rij boeken die ze heeft uitgebracht. Maar met het uitlezen van dit boek ben ik wel helemaal bij met alle boeken van haar hand.

My Sister the Serial Killer – Oyinkan Braithwaite (2018)

Ik heb My Sister the Serial Killer al een aantal keren in de boekhandel zien liggen, om het boek op te pakken en toch niet te kopen. Maar gisteravond heb ik de epub maar opgepakt. En het is een enorm leuk boek. Tegen de achtergrond van het gegoede Lagos beschrijft een zus haar onvoorwaardelijke trouw aan haar jongere zusje, die de gewoonte heeft haar geliefden te vermoorden. De trouw komt aan het wankelen, als de jongere, bloedmooie Ayoola haar oog laat vallen op de man waar Korede, de oudere zus, verliefd op is. Op eenvoudige, humoristische manier zet Oyinkan Braithwaite een tragisch verhaal neer.

Het zal je broertje maar zijn – Anuar (2019)

Wat een worsteling om het boek Het zal je broertje maar zijn van comedian Anuar uit te lezen. Zijn vorige boek deed, ondanks de wat onbenullige titel, veel meer verwachten. In dit nieuwste boek zijn de verhalen langdradig, overdreven, vergezocht en onzinnig. Terwijl de verhaallijn, een jonge Marokkaan die voor zijn zus een echt best potentie heeft. Jammer genoeg wordt dat niet waargemaakt en heb ik mezelf moeten dwingen het boek uit te lezen. Blegh.

Look alive Twenty-Five – Janet Evanovich (2018)

De boeken van Janet Evanovich bieden altijd lekker hersenloos vermaak. En Look Alive Twenty-Five is daarop geen uitzondering. Als managers van een delicatessen spoorloos verdwijnen, met achterlating van één schoen, komt premiejager Stephanie in actie. Niet omdat ze dat wil maar omdat de eigenaar van het bail bond kantoor waar ze voor werkt, ook de eigenaar is van de delicatessen. Zonder Morelli en Ranger redt ze het niet, dus ‘t is weer een boek vol semi-actie en semi-romantiek. Gewoon lekker simpel!

Anuar – Op zoek naar mijn voorhuid (2016)

Cabaretier Anuar, uit de stal van Najib Amhali publiceerde in 2016 ‘t boek Op zoek naar mijn voorhuid. Een provocerende titel terwijl de inhoud er amper naar verwijst. De hoofdpersoon van het boek heeft zomervakantie van zijn studie en de vader van zijn vriend vraagt hem om samen naar Marokko te rijden. En daar kan hij geen nee tegen zeggen. Het verhaal schets een stukje geschiedenis met die vriend en gaat door tot net na aankomst in Marokko. Vermakelijk en makkelijk leesbaar. En humoristisch.

Klimmen naar kruishoogte – Tosca Niterink (2011)

Na de teleurstellende theatervoorstelling heb ik me aan het boek gewaagd. Het is niet zo sterk als Niterink’s boek over dementie maar het is aardig genoeg. Langs de scheldwoorden en zogenaamd grappige woordspelingen die vooral het midden van het boek teisteren, moet je maar even heen lezen. Verder schetsen de verhalen volgens mij aardig de situatie, althans, voor wat ik heb kunnen opmaken uit één iemands Insta-account dat ik tijdelijk volgde. Als ze in de show meer deze draad had weten vast te houden, had ik die waarschijnlijk ook leuk gevonden.

Laughing all the way to the mosque – Zarqa Nawaz (2014)

Laughing all the way to the Mosque van Zarqa Nawaz schetst op humoristische wijze haar levensverhaal in losse verhalen: hoe ze faalt in sciences en dus geen dokter wordt, hoe ze haar ouders de les leert door een vromer moslim te zijn dan zij en hoe ze op onverwachte wijze scoort met haar documentaires over haar visie op de islam in Canada. Als het niet om het religieuze element zou gaan, dan is het boek te vergelijken met die van Tina Fey: veel zelfspot, cynisme, sarcasme en vooral humor. En wat helemaal een verrassing is: ze is het creatieve brein achter de erg grappige serie Little Mosque on the Prairie, een komedieserie die moslims laat zien als mensen, in allerlei varianten. Een fijn boek dat een inkijkje geeft in het vage hoofd van Nawaz maar ook in haar beleving van haar religie.

Hardcore Twenty-Four – Janet Evanovich (2017)

Hardcore Twenty-Four is, zoals de titel al zegt, het 24e boek in de Stephanie Plum-reeks van Janet Evanovich. Haar boeken missen de kracht en de verrassing van de vroege boeken maar al is de verhaallijn niet meer bijzonder sterk en soms zelfs flink corny, ze schrijft nog steeds op een aansprekende wijze, met personages die gegroeid zijn en die ze keer op keer goed weet neer te zetten. En dus lees ik elke nieuwe Plum weer met veel plezier!

Jullie zijn zelf gek – Sylvia Witteman (2017)

Een week nadat Jullie zijn zelf gek is uitgekomen, zie ik pas dat het nieuwste boek van Sylvia Witteman er is. Meteen naar de boekhandel dus om een avondje lekker te genieten van haar columns. Meestentijds lees ik haar columns in de Volkskrant niet, zodat ik één keer in de zoveel tijd van het verzameld werk kan genieten. In een riedeltje na elkaar zijn haar observaties en kritische pen voor mij namelijk nog leuker. Jammer dat het boek, ondanks de kleine 200 pagina’s, alweer uit is!